jueves, 25 de octubre de 2007

26 augustus tot terugkeer

Waar was ik gebleven? Met mijn hoofd in de wolken, ergens zwevend op het ritme van de panfluiten, genietend van geuren en kleuren die na een initiële aanpassingsperiode toen pas echt tot mij doordrongen en er nu nog steeds niet uitgewassen, uitgestudeerd of wat dan ook zijn...

Het leven zonder gsm viel me verdacht goed mee: behalve een vroege wake-up-call om de Canyon del Condor-tour niet te missen, was het een voortreffelijke bevinding dat tijd vrij relatief is, dat het 's ochtends wel licht wordt om je te wekken, dat je maag je 's middags wel waarschuwt voor etenstijd en dat de vallende duisternis elke avond je vriednelijk verzoekt onder de wol te kruipen... Tot zover het filosofische gedeelte!

Arequipa kondigde zich dus aan als een rijke doch regelrecht religieuze en politieke polis. En dat was het ook. Genoeg processies gezien om een mens stante pede loco te maken en een arrogantie die mij wat deed denken aan "A". Verder was de stad ook wel witter dan wit, de algemeen verkochte legende luidde dat toen de maan en de zon hun echtscheiding voltooiden, de maan haar dochter vergat zodat het hoederecht nu voorgoed bij Moeder Aarde ligt.

Alhoewel, voorgoed is misschien wat sarcastisch, gezien de actieve volcano Misti die als een vervaarlijke... vulkaan boven de stad uittorent. Want vijf kilometer is wel veel om te lopen, maar voor brandende lava is dat een fluitje van een cent. De versteende-gevluchte-inca-van-het-titicacameer zou dus binnen dit en x jaar weleens de relativiteit van voorgoed kunnen aantonen, voor zover het concept quod demonstrandum est bij de Inca's reeds bekend was.

Maar ik heb het in de Dash-witter-dan-wit-stad wel degelijk naar mijn zin gehad, kuierend een souvenirs inslaand, wandelend en verorberend, babbelend en zwijgend. Ook de Colca del Canyon was vij tot immens de moeite waard met zijn prachtige gezichten, een warmwaterbron om auw tegen te zeggen en Condors als duiven op San Marco, Venetië. Veel, heel veel dus. En dicht, net nietdichter dan mijn oerend traag kloppende hart aankon. Want hoogteziekte was voor mij nu niet meer dan een vaag begrip, de honger door de te snelle digestie echter des te zonneklaar.

Enkele dagen later dan de Cruz del Sur-bus op terug naar Lima en vervolgens Huacho (een archeologische site waar ik niets vond behalve een bende drommelse dronkaards), alwaar ik mij voor de allerlaatste keren tussen de locals begaf alvorens de vlieger terug op te stappen...

Maar teruggaan doe ik, tenzij New York mij snorkt, Budapest mij het hoekje om pest of Parijs mij brengt van de wijs...

Dank aan de F'kes Freya plus familie en Felix en Fuïsa, Anibal en familie, Amelie en al de rest en nog meer van dat en ... u natuurlijk!

No hay comentarios: